Een maand lang zal De Schutter vastzitten in een Thaise cel. Belgium Maffia wordt er zijn roepnaam – wat mooi meegenomen is. België wil hem uitgeleverd zien voor de moord op zijn ex-partner Vera Van Laer, zo blijkt. Een verdwijningszaak uit 1996. Enkele maanden Belgische cel volgen. Genoeg tijd om zijn levensverhaal neer te pennen. Waarin De Schutter een boekje opendoet over Super Club en de geweldige feestjes in de jaren tachtig. Over zijn neergang en wederopstanding. Over het leven in de Begijnenstraat, of toch dat stukje achter de tralies. Over speurders waarmee hij graag een stapje in de wereld zette, over speurders die hem haten als de pest en een onderzoeksrechter die zo haar redenen heeft om hem het zwijgen op te leggen. Quod non. De Schutter, die nog steeds een proces boven het hoofd hangt, vertelt het met grote zin voor humor en een nog grotere mond. Dezelfde grote mond die er hem ook door sleurde in de Thaise en – erger nog – Belgische gevangenis. Moet ook wel, als je klein van gestalte bent. En een roze hemdje draagt.